We worden steeds ouder. En die hogere leeftijden bereiken we vaker in goede gezondheid. In tegenstelling tot eerdere generaties hebben de huidige 65-plussers meer ruimte voor hobby’s, vrijwilligerswerk en andere activiteiten. In de periode tussen het 60ste en het 80ste levensjaar staat ‘controle over het eigen leven’ centraal. Langer thuis blijven wonen is voor veel ouderen daarom niet alleen een wens, het is ook een vanzelfsprekendheid.
De vraag hoe 65-plussers kunnen en willen wonen, wordt steeds belangrijker. Het aandeel 65-plussers van de Europese bevolking groeit immers hard. In 2019 was 20,3% van de Europese bevolking ouder dan 65 jaar. 10 jaar eerder was dat nog 17,4%. Dat is onder andere te verklaren door de hogere levensverwachting. De gemiddelde levensverwachting in Europa is 81 jaar. Voor vrouwen ligt ze iets hoger met 83,6 jaar, voor mannen iets lager met 78,2 jaar.
We worden in Europa niet alleen ouder, we leven ook vrij lang in goede gezondheid. In 2018 konden vrouwen van 65 jaar gemiddeld nog 10 jaar in goede gezondheid leven. Voor mannen lag die verwachting op 9,8 jaar. Vanaf een jaar of 75 krijgen de meeste mensen last van gezondheidsproblemen of problemen met stappen (32,3%), zien (9,8%) of horen (19,1%). Dat betekent dat wanneer ouderen langer zelfstandig thuis willen wonen, zij verzorging of verpleging thuis nodig hebben.
Vroeger kregen ouderen zorg in een zorg- of verpleeginstelling. Daar woonden mensen die zorg nodig hadden bij elkaar. Blijven er echter meer en meer ouderen zelfstandig wonen, dan is er een andere manier van zorg nodig. Het zorgsysteem richt zich daarom steeds meer op de zorg bij ouderen thuis in plaats van zorg in een verpleeghuis. Uit het onderzoek van Otolift Trapliften, en tal van andere onderzoeken, blijkt dat veel senioren ook liever thuis verzorgd worden dan in een tehuis. Zij denken hun zelfstandigheid te verliezen door te verhuizen naar een verpleeginstelling. En ze blijven liever zo lang mogelijk zelfstandig. De brede waaier aan thuiszorgmogelijkheden maken het voor ouderen mogelijk om langer thuis te blijven wonen.
Thuiszorg blijkt ook voordeliger te zijn dan groepszorg zoals in verpleeginstellingen wordt aangeboden. Bij thuiszorg wordt de zorg meestal geleverd door professionele zorgverleners én mantelzorgers zoals kinderen of echtgenoten. De kostenbesparing is voor overheidsinstanties een reden om de oudere bevolking te motiveren om thuis te blijven wonen. Veel overheden in Europa investeren dan ook meer in thuiszorg dan in groepszorg. Europese landen geven tussen de 1% en 5% van hun budget voor de gezondheidszorg uit aan thuiszorg. Op die manier steunt de overheid de ouderen bij hun wens om langer zelfstandig thuis te wonen.
In veel Europese landen zijn er niet genoeg bedden in verpleeginstellingen. Doordat overheden sterk investeren in thuiszorg krijgen de verpleeginstellingen minder prioriteit. In de noordelijke landen neemt het aantal bedden in verpleeginstellingen zelfs af. Hier was zorg in dit soort verpleeginstellingen heel normaal, maar de verschuiving naar thuiszorg is nu duidelijk te zien. In het zuiden van Europa neemt het aantal bedden nog wel toe. Maar de doelstellingen voor het aantal nodige bedden worden niet gehaald. Daarom worden commerciële verpleeginstellingen steeds vaker ingezet. 65-plussers zelf, of hun familie, bekijken de opties van de commerciële verpleeginstellingen. Maar ook de overheidsinstanties huren bedden bij deze particuliere instellingen om voldoende aanbod te hebben.
De overheid ziet graag dat ouderen steeds vaker langer thuis blijven wonen, maar ook de ouderen zelf willen graag langer zelfstandig wonen. Uit onderzoek van Otolift blijkt dat ruim driekwart van de 55-plussers liever in het eigen huis blijft wonen. De belangrijkste reden hiervoor is het behouden van de eigen zelfstandigheid. Ruim een derde (35%) vermeldt dit als reden. Maar ook de fijne buurt (24%) en de mooie herinneringen aan het huis (22%) worden genoemd.
Hoe de ouderen wonen, verschilt per regio. Tussen het noorden en het zuiden van Europa is duidelijk een verschil te zien. In de noordelijke landen wonen veel ouderen alleen. Terwijl in het zuiden veel ouderen, met of zonder partner, bij hun kinderen inwonen. In het zuiden zorgen familieleden ook vaker dan in de noordelijke landen voor hun echtgenoot of ouders.
Hoewel ouderen graag in hun eigen woning blijven wonen, kan het zijn dat deze woning niet meer geschikt is. Een trap, hoge doucherand en drempels kunnen bijvoorbeeld voor onveilige situaties zorgen voor iemand die niet meer zo goed ter been is. 65-plussers doen er daarom goed aan om op tijd stil te staan bij de toekomst. Misschien is het nodig om te verhuizen naar een seniorenwoning, een gelijkvloerse woning. In andere gevallen is het mogelijk om met aanpassingen aan de woning thuis te blijven wonen. Denk hierbij aan een traplift, wandbeugel, automatische verlichting enzovoort. Door de woning geleidelijk aan te passen aan de veranderende behoeften voorkomen 65-plussers dat er in één keer heel veel aangepast moet worden. Zo kunnen zij zo lang mogelijk veilig thuis blijven wonen in hun vertrouwde omgeving.
Een woning is geschikt om oud in te worden als de essentiële kamers zich op één verdieping bevinden. Zoals de keuken, de badkamer (en toilet), de woonkamer en minstens één slaapkamer. De meeste 65-plussers wonen nu in een woning die nog niet geschikt is, maar die wel geschikt gemaakt kan worden. Als de ruimtes gescheiden worden door een trap, is een traplift de oplossing om de woning toch toegankelijk te maken. Veel ouderen overwegen als eerste de aanschaf van een traplift. Daarnaast is een ruime meerderheid bereid om drempels te vervangen en beugels en steunen te plaatsen. En bijna de helft overweegt een inloopdouche of een douchekrukje. Om al deze aanpassingen te financieren, bestaan er verschillende subsidiemogelijkheden voor ouderen en mindervaliden.
De vanzelfsprekendheid voor ouderen om zo lang mogelijk zelfstandig te blijven wonen, wordt door overheidsinstanties gestimuleerd. Europa vergrijst; het aantal ouderen en dus het aantal mensen dat zorg nodig heeft, neemt toe. Om alle ouderen de juiste zorg en verpleging te bieden, moet de gezondheidszorg zo efficiënt en voordelig mogelijk worden ingericht. Persoonlijke zorg aan huis blijkt voordeliger te zijn dan zorg in een verpleeginstelling, zeker als dit georganiseerd wordt in combinatie met mantelzorg. Veel overheden investeren daarom in thuiszorg.
Meer over langer thuis wonen