Jaarlijks krijgen bijna 17 miljoen mensen over de hele wereld een Transient Ischemic Attack, beter bekend als een TIA. Het gaat hierbij vooral om 55-plussers. Een TIA staat ook wel bekend als een lichte of voorbijgaande beroerte. Een scheefgetrokken mond, spierverlamming aan één lichaamszijde en het spreken van wartaal zijn bekende symptomen. Net zoals bij een herseninfarct of een hersenbloeding, maar bij een TIA zijn de symptomen slechts tijdelijk. In veel gevallen is een TIA ook een belangrijke waarschuwing voor nog een beroerte. Wat is een TIA en wat zijn de gevolgen?
Een beroerte, ook wel Cerebro Vasculair Accident (CVA), is een verzamelnaam voor een herseninfarct, hersenbloeding en een TIA. Een TIA is een lichte beroerte en betekent een voorbijgaande belemmering in de bloedtoevoer naar de hersenen. Een TIA ontstaat, net als bij een herseninfarct, doordat een bloedvat in de hersenen wordt afgesloten. Bij een TIA is deze afsluiting echter tijdelijk. Door de verstoring van de bloedtoevoer naar de hersenen krijgt een deel van de hersenen geen zuurstof.
Een veelvoorkomende oorzaak van een TIA is aderverkalking (atherosclerose). Wanneer slagaders zijn beschadigd kunnen bloedplaatjes en vetten op deze plek samenklonteren. Deze samengeklonterde massa wordt plaque genoemd. Bij een TIA laat een klein beetje van deze plaque los. Het stolsel wordt meegenomen in de bloedstroom, waarna het vast blijft zitten in de bloedvaten naar de hersenen. In dat geval wordt er gesproken van een embolie.
Een andere oorzaak van een TIA is een dichtgeslibde ader. Op de beschadigde plek van de binnenwand zit in dit geval een bloedstolsel, waardoor de bloedtoevoer tijdelijk wordt gestopt. In dat geval gaat het om een trombose. Ook hartritmestoornissen, vooral voorkamerfibrilleren, kunnen een TIA veroorzaken. Door het onregelmatig kloppen van het hart kunnen stolsels in het bloed ontstaan. Deze komen via de halsslagader in de bloedvaten in de hersenen terecht, waar ze een verstopping van het bloedvat veroorzaken.
Oudere mensen lopen het meeste risico op een TIA. Bij 1 tot 3 op de 100.000 gevallen van een TIA is de patiënt jonger dan 35 jaar. Terwijl 1.500 op 100.000 patiënten ouder dan 85 jaar zijn. Daarnaast zijn er een aantal andere factoren die de kans op het krijgen van een TIA vergroten:
Bij een TIA treden vaak dezelfde symptomen op als bij een herseninfarct en een hersenbloeding. Het is dan ook vaak onduidelijk of de symptomen worden veroorzaakt door een TIA, een herseninfarct of een hersenbloeding. Het is daarom belangrijk om altijd direct 112 te bellen. Er is onderzoek nodig om uit te wijzen waardoor de uitvalsverschijnselen zijn ontstaan.
Een TIA is te herkennen aan de symptomen die vaak binnen 20 minuten of maximaal binnen 24 uur weer zijn verdwenen. Bij een herseninfarct of een hersenbloeding houden de uitvalsverschijnselen vaak langer aan. De symptomen bij een TIA kunnen heel verschillend zijn, maar treden wel tegelijk op. Welke symptomen optreden is afhankelijk van de plaats in de hersenen waar de bloeddoorstroming tijdelijk wordt geblokkeerd.
Bij een TIA kunnen verschillende uitvalsverschijnselen optreden:
De hersenen lopen bij een TIA, in tegenstelling tot bij een hersenbloeding of herseninfarct, vaak geen schade op. Dit komt doordat de bloeddoorstroming bij een TIA maar tijdelijk is afgesloten. Een TIA is in de meeste gevallen alleen wel een waarschuwing voor nog een TIA of een herseninfarct. Als bloedpropjes dezelfde weg afleggen kunnen ze elke keer op dezelfde plek tijdelijk de bloedstroom blokkeren. Dan is een TIA te herkennen aan dezelfde symptomen. Loopt een bloedpropje op een andere plek in een bloedvat naar de hersenen vast, dan kunnen de symptomen anders zijn.
De kans op herhaling is verschillend van persoon tot persoon. Ongeveer 2% tot 17% van alle mensen die een TIA heeft gehad krijgt hierna nog een beroerte. Meestal gebeurt dit binnen 90 dagen. De kans op herhaling van een beroerte is afhankelijk van een aantal factoren:
De behandeling van een TIA is gericht op het voorkomen van nog een beroerte. Daarom is het belangrijk om snel met de behandeling ervan te beginnen. Een behandeling kan bestaan uit medicijnen, een operatie of gezonde leefregels. De medicijnen die worden voorgeschreven bij een TIA zijn bijna hetzelfde als de medicijnen bij een herseninfarct. Na een TIA worden in de meeste gevallen bloedverdunners voorgeschreven. Vaak in combinatie met medicijnen voor het verlagen van het cholesterol en de bloeddruk.
Wanneer de oorzaak van de TIA een ernstige vernauwing in de halsslagader is kan de neuroloog een operatie adviseren. Bij deze operatie kan deze vernauwing worden verminderd of zelfs helemaal worden weggehaald. Wanneer hartritmestoornissen of een andere hartaandoening de oorzaak zijn van een TIA, wordt in de meeste gevallen gekozen voor een doorverwijzing naar de cardioloog.
Meer over gezondheid